Products You May Like
Het bedrijfsleven is enthousiast over de praktijkgerichte programma’s waar vmbo-scholen vanaf komend schooljaar mee starten. ‘Het vmbo is voor ons belangrijk, hier zitten de vakmensen van de toekomst die we zo hard nodig hebben. Met deze nieuwe programma’s kunnen jongeren een betere studiekeuze maken en kunnen bedrijven hen warm maken voor hun sector.’ Dat zei voorzitter Jacco Vonhof van MKB-Nederland vanmiddag bij het Congresfestival praktijkgerichte programma’s in Nieuwegein. Vonhof deed daarbij ook de oproep: ‘Organiseer dit goed voor de bedrijven die hierbij een belangrijke rol te spelen hebben. We hebben elkaar nodig.’
Vandaag was in Nieuwegein de symbolische start voor de praktijkgerichte programma’s voor de gemengde en de theoretische leerweg in het vmbo, nadat veel scholen de afgelopen jaren hiermee succesvol hebben geëxperimenteerd. Vanaf komend schooljaar kan elke school starten en is er ook subsidie beschikbaar.
Ontbrekende schakel
Volgens Vonhof zijn de nieuwe programma’s de schakel die tot dusver in het beroepsvoorbereidende onderwijs ontbrak. ‘Voor jongeren is het belangrijk dat zij goede keuzes maken. Het helpt hen als zij kunnen ervaren hoe het beroepenveld, het échte werk, achter een studiekeuze eruit ziet en hoe dat voelt. Klopt bijvoorbeeld het beeld dat zij hebben bij werken in een verpleeghuis, technisch bedrijf of bakkerij? Dat kunnen ze met deze programma’s gaan ontdekken.’
Studie-uitval voorkomen
Hij zou dit soort programma’s daarom liefst ook zien op de havo en het vwo. ‘Omdat het kan helpen om latere studie-uitval te voorkomen. Belangrijk is dat er in de programma’s ook aandacht is voor het arbeidsmarktperspectief van studierichtingen en sectoren. Het kan een verschil maken als je weet dat de ene studie een rooskleuriger toekomstbeeld biedt dan de andere.’
Samenwerking cruciaal
Scholieren gaan in de praktijkgerichte programma’s in het vmbo aan de slag met echte opdrachten vanuit bedrijven, komen bij die bedrijven over de vloer en maken zo kennis met de praktijk van sectoren. Net als elders in het beroepsonderwijs is de samenwerking tussen onderwijs en bedrijven hier cruciaal, aldus Vonhof. ‘We hebben elkaar nodig. Voor bedrijven en sectoren is het voordeel dat zij jongeren zo kunnen interesseren en wellicht binden voor hun vak.’
Organisatiekracht
Vonhof wijst erop dat bedrijven in de programma’s goed moeten worden ‘ontzorgd’. ‘Onze achterban is enthousiast en wil graag zijn bijdrage leveren. Het vergt van de scholen wel de nodige organisatiekracht. Dat er niet vijf vmbo-scholen bij hetzelfde bedrijf op de stoep staan, dat leerlingen goed worden voorbereid en gemotiveerd aan de slag kunnen. Als je het als school goed regelt, kun je voor meerdere jaren een beroep doen op een bedrijf.’
Het ministerie van OCW werkt mede op verzoek van MKB-Nederland en VNO-NCW aan een databank, waarin onder meer goede (herkbruikbare) opdrachten kunnen worden geplaatst en geïnteresseerde bedrijven zich kunnen presenteren.